‘Wannear giet it oan?’

‘Wannear giet it oan?’

Hebt u in februari ook zo genoten van die winterse taferelen? Met warme gevoelens denk ik eraan terug. Sneeuw en ijs inspireren al eeuwen, weten we door beroemd geworden schilders als Pieter Bruegel en anderen. De voorspellingen op 6 februari j.l. logen er niet om: ‘Sneeuw en kou! Regen ging vrij snel over in sneeuw, met wel mogelijk tot 30 cm. Er waaide een forse oostenwind. Code rood werd voor een groot deel van het land afgegeven.’ Een winter met een dik pak sneeuw. Treinen reden niet, supermarkten hebben moeite om boodschappen te bezorgen. De waarschuwingen waren niet van de lucht: Blijf thuis als u niet de weg op hoeft!

En herinnert u zich ook nog de barre winter van 1963 en de sneeuwstorm van 14 februari 1979? Het noorden afgesloten door sneeuwduinen van wel 5 meter. Ook toen liep de samenleving vast. Toen moest je nog ’s morgens bij het wakker worden eerst de kachel ‘opporren’, slakken er onderuit en van boven vullen met Nootjes 4 of 5 of met briketten of eierkolen; bloemen op de ruiten, ijspegels aan de dakgoot; hete bliksem in de pan of een lekkere stamppot met rookworst; Glühwein of warme chocolademelk drinken; buiten sneeuwpoppen maken en sneeuwballengevechten houden om daarna elkaar ‘in te zepen’.

En dit jaar ging de Elfstedentocht ook nog niet door. De laatste tocht werd verreden op 4 januari 1997. Piet Paulusma voorspelde op 8 februari van dit jaar: “Binnen nu en vijf jaar een Elfstedentocht”. We zullen het zien. Gelukkig kon er anno 2021 toch nog enkele dagen op natuurijs geschaatst worden. En wat was het prachtig!
Toch heel iets anders dan die hete zomers met lome dagen met overal die rottige muggen en wespen; de barbecue die niet warm wil worden en het vlees dat je erop gelegd hebt alleen maar aan de buitenkant gaar is en dan komt de wind ook nog van de verkeerde kant. En dan heb ik het nog niet over de radio van de buren.
Of op reis na uren in een vliegtuig gezeten te hebben naar dat verre vakantieland waar je de landstaal niet spreekt of de waarde van het geld niet kent; daar zijn ook (steek)muggen, geloof me, en het is er bloedheet en je wordt ook nog eens lastiggevallen door agressieve verkopers van prullaria die uit zijn op je geld en dat, let op! ook nog voor je om willen wisselen…

“Blijf dan thuis, zeurpiet!”, zult u zeggen. Inderdaad: Hoe sneller het weer winter wordt hoe beter met liefst een Elfstedentocht. Lekker droog, stug vriesweer met overdag een heldere hemel! Het kouderecord staat op 27 januari 1942 in Winterswijk (hoe toepasselijk) met -27,4˚. Dat waren nog eens tijden! Ach, ieder seizoen heeft zo zijn voor- en nadelen.

Vaardigheden

Gepubliceerd op

27/07/2021